home

 
Navigatie

 


AMLA-logo

AMLA - handelsagent in 1001 fietsonderdelen

 

De geschiedenis van de handelsagentuur AMLA begint bij de Joodse firma Klisser & Citroen, een vroege Amsterdamse importeur van fietsen en huishoudelijke apparaten. In 1907 begon de 15-jarige Louis Aussen daar als jongste bediende. Ook hij was Joods. Hij werkte zich met ijver en vlijt omhoog en werd uiteindelijk procuratiehouder van Klisser & Citroen en directeur van rijwielfabriek De Amstel in Bussum, een dochteronderneming van Klisser & Citroen.

     In 1929 kreeg hij van zijn vriend Martijn Sajet de tip dat de grote Italiaanse rijwiel- en auto-onderdelenfabriek Way Assauto een agent in Nederland zocht. Aussen besloot om dit niet voor Klisser & Citroen te gebruiken maar per 1 december 1929 aan de Cornelis Krusemanstraat 40 in Amsterdam een eigen handelsagentuur op te richten onder de naam AMLA (afgeleid van zijn volledige naam: Asser Maurits Louis Aussen). Een half jaar later werd de Amstel-rijwielfabriek door Klisser & Citroen opgeheven en verkocht. Het kan haast niet anders dan dat deze twee gebeurtenissen met elkaar te maken hebben, maar wat de oorzaak is en wat het gevolg is niet meer na te gaan.

     Uit de AMLA-gidsen, een naslagwerkje dat Aussen vanaf januari 1933 jaarlijks als cadeau voor zijn zakenrelaties samenstelde is op te maken, dat AMLA in de jaren 30 agentschappen voor met name Duitse, maar ook Belgische, Franse en Nederlandse fabrikanten van lugs, buizen, schroeven, gereedschappen, remnaven (fabricaat Dürkopp), kettingkasten enz. had. Way Assauto zat er in 1933 al niet meer bij.

     De hierboven genoemde AMLA-gidsen werden van 1933 t/m 1969 uitgegeven en werden binnen de rijwielhandel als handige boekjes gewaardeerd, zoals uit diverse vermeldingen in oude rijwielvakbladen is op te maken. De boekjes in zakformaat bevatten naast een mini-agenda allerlei overzichten en tabellen die voor de vakman en handelaar van toen belangrijk waren, zoals adressen in binnen- en buitenland, statistieken, benamingen van fietsonderdelen in diverse talen, omrekentabellen, standaardmaten, spaaklengtes en last but not least een register van alle op dat moment in Nederland gedeponeerde fietsmerken.

 

AMLA-gidsen

De AMLA-gids: elk jaar een andere kleur, altijd hetzelfde formaat (foto: H. Kuner)

 

Geleidelijk kwam de oorlog dichterbij. Van april 1938 dateert een advertentie van AMLA voor de Forty-terugtrapremnaaf, een kloon van de Torpedo-naaf die door de Webstuhl- und Webereimaschinenfabriks-AG in Krnov (Tsjechië) geproduceerd werd. Eigenaar van dat bedrijf was het Joodse echtpaar Olga en Rudolf Eibuschitz. Nadat Tsjechië een half jaar later in Duitse handen viel werd de bedrijfsleider lid van de NSDAP en nam het bedrijf enige tijd daarna over. De oorspronkelijke eigenaren werden in 1942 naar het vernietigingskamp Sobibor gedeporteerd. In de lijst van AMLA-agentschappen van 31 december 1939 komen geen Duitse bedrijven meer voor (nog wel Tsjechische).

 

Forty-terugtrapremnaaf
AMLA-advertentie uit De Nederlandsche Rijwielhandel van 22 april 1938

 

Bij de overval van de Wehrmacht op Nederland was Hans Aussen, de zoon van Louis Aussen, net 14 jaar oud. In 1941 moest hij van een gewone Nederlandse school overgaan naar een Joodse school. In een interview in 2004 vertelde hij: "Toen ik in de oorlog op een dag thuiskwam was mijn fiets weg. Mijn vader zei: 'Ga maar naar de politie en zeg dat hij gestolen is'. Hij heeft me pas achteraf verteld dat ik de fiets had moeten inleveren maar dat hij hem liever aan iemand anders had weggegeven."

 

AMLA-reclamekarton
In 1940 verstuurde Louis Aussen deze kartonnen reclameplaat aan zijn relaties (fotokopie van de originele plaat)

 


Toen de Aussens in 1942 een oproep voor de Arbeitseinsatz kregen beseften ze dat ze moesten onderduiken. Een leidinggevende van de Amsterdamse framebouwer Van Raam, ene meneer Koning, hielp het vierkoppige gezin aan het eerste onderduikadres. Op dat moment was het bedrijf AMLA al gedwongen geliquideerd. Maar aan het begin van de oorlog had Aussen nog een grote zending fietskettingen uit Tsjechië ontvangen die hij bij een expediteur in Amsterdam had opgeslagen. Daarvan was nog vrijwel niets verkocht. Aussen wist deze partij buiten de liquidatie van AMLA te houden waardoor de kettingen gewoon bij de expediteur bleven liggen. Door deze slimme zet hadden de Aussens tijdens de onderduikperiode van juli 1942 tot mei 1945 geen geldgebrek, waardoor ze de verschillende onderduikhulpen steeds konden betalen en uiteindelijk zelfs hun oude huis, dat tot Dolle Dinsdag door een Duitse officier bewoond werd, via een vertrouwensman tot de bevrijding veilig konden stellen.

     Het gezin Aussen overleefde de oorlog, al waren het bange en moeilijke jaren. Louis Aussen pakte de draad op doortastende wijze weer op. In een brief van 1 juni 1945 aan zijn afnemers in Nederland schreef hij: "Tot mijn genoegen kan ik U mededeelen dat ik, na een 'onderduiking' van bijna 3 jaar, weer op mijn oude adres ben teruggekeerd, blakend van werklust om mijn oude klanten weer op de beproefde wijze te mogen bedienen."

     Maar niet alles was weer zoals van tevoren. Zo wilde Aussen geen zaken meer doen met rijwielfabriek Joco. Met Frans van Buuren en vooral Abraham Wijnschenk, de Joodse eigenaren van rijwielfabriek Burco, was hij daarentegen zeer goed bevriend. Ook met Locomotief-directeur Slesker kon hij het goed vinden. Dat was al voor de oorlog zo. Locomotief werkte toen al veel met materialen die via AMLA ingekocht werden, ook omdat Slesker zelf vrijwel geen woord over de grens sprak.

     Louis Aussen was in de rijwielbranche zeer gewaardeerd. Hij had veel contacten en was zowel op technisch gebied als wat de handel betreft deskundig. Op 1 augustus 1947, toen hij 40 jaar in de branche werkzaam was, verrasten vrienden en bekenden hem 's ochtends in zijn kantoor met bloemen en 's middags werd hij op de groothandelsbeurs in Utrecht opnieuw gehuldigd.

     In 1951 kreeg Aussen als bestuurslid en vertegenwoordiger van de Vereniging van Handelsagenten in de Rijwielbranche een plaats in de Raad van Toezicht van het CBR. Deze Raad van Toezicht boog zich over overtredingen tegen de kartelafspraken van het CBR door rijwielhandelaren, grossiers of fabrikanten en legde hen boetes op. Daardoor was dit gremium bepaald niet bij iedereen geliefd. Aussen werkte tot aan zijn plotselinge overlijden op 21 oktober 1962 voor AMLA. De zaak werd door zijn jongste zoon Hans voortgezet, die officieel sinds 1953 in het bedrijf zat.


Hans Aussen en Gerrit Gaastra
Hans Aussen (li.) feliciteert Batavus-directeur Gerrit Gaastra. Het jaar en de aanleiding kon Aussen zich later niet meer herinneren. (Verzameling familie Aussen)

Naast veel bezoeken bij fabrikanten en afnemers hield het werk van een handelsagent ook in dat op buitenlandse vakbeurzen contacten werden onderhouden en naar interessante nieuwe producten werd uitgekeken. Hans Aussen en zijn vader gingen in de jaren 50 regelmatig naar fietstentoonstellingen in Londen en Parijs maar nooit naar de Duitse beurs, ook toen een grote fabrikant Hans ernaar vroeg. Het was niet uit principe maar "ik kon het niet opbrengen", zoals hij in het eerder genoemde interview in 2004 zei. Toen hij uiteindelijk toch de IFMA in Keulen bezocht viel het hem achteraf mee.

     Hans Aussen beschikte door zijn werk over brede kennis van de rijwielbranche en kende alle fabrikanten. Er was maar één grotere fabriek waar hij vanaf de jaren 60 na een incident niet meer kwam. Hij werd daar tijdens een bezoek ineens op zeer bruuske wijze behandeld omdat de directeur op deze manier van een afnameverplichting tegenover AMLA af wilde.

     AMLA importeerde en bemiddelde niet alleen de levering van fietsonderdelen maar soms ook van hele fietsen. Zo bracht Louis Aussen al in 1951 van een reis naar Italië de Vianzone-fiets mee, een fiets met houten frame uit één stuk en houten velgen en spatborden. Hij was bedoeld als luxe sportfiets maar sloeg in Nederland niet aan.

     Hans Aussen probeerde het midden jaren 60 met de Stella, een kleine vouwfiets van een Franse fabrikant uit Nantes. Monsieur Fonteneau, de directeur van de fabriek, wilde graag op een tentoonstelling in Parijs laten zien dat de Stella ook in Nederland gebruikt werd. Dus huurde Aussen een Volendams kostuum compleet met klompen waar zijn jonge secretaresse Heidi Joekes in gestoken werd en trokken beide met vouwfiets en fotocamera bewapend door Amsterdam. Later zag Aussen de foto's in Parijs in 1 x 1 meter groot formaat terug.

 

Heidi Joekes met Stella-vouwfiets
Heidi Joekes op de Stella-vouwfiets in Amsterdam, ca. 1966. Vanwege de rok fietste ze met het zadel achterste voren (foto rechts boven). Foto's: Verzameling familie Aussen.

 

De Stella werd geen succes. Hans Aussen hierover: "Ik heb er volgens mij in totaal twaalf van verkocht aan Vesting in Haarlem, die er toen 36 van heeft verkocht. Dat wil zeggen hij moest ze steeds weer terugnemen uit coulance omdat de rijwielhandelaren ze niet verkocht kregen en hij ze dus opnieuw elders moest proberen te plaatsen! Een probleem met deze fiets was dat je niet teveel achterover moest leunen want dan wipte de fiets onder je vandaan. Het zwaartepunt lag teveel naar achteren. Het resultaat was dus slecht maar de geschiedenis zelf natuurlijk al te gek."

AMLA-stand op de Tweewieler-RAI, 1964
AMLA-stand op de Tweewieler-RAI van 1964 (verzameling familie Aussen)

 

Aussen had regelmatig een stand op de Tweewieler-RAI. Op de hier afgebeelde foto van de beursstand van 1964 staat vooraan op de hoek een scooterwindscherm opgesteld. Van dit Italiaanse scherm met de naam Caravelle was er ook een versie met een ruitenwisser die via een schoepenrad door de luchtstroom tijdens het rijden werd aangedreven. Deze staat rechts naast het grote windscherm. "Die ruitenwisser was een heel mooi artikel, technisch gezien, maar commercieel was het een onding. Het was te duur en bovendien bestond er toen nog geen markt voor die windschermen met een glasplaat. ... Het was een vondst van mij om onder een holle houten tentoonstellingskubus een stofzuiger te verstoppen die constant liep, om daarmee lucht op het schoepenrad te blazen. De ruitenwisser werkte heel goed daarop en trok veel bekijks, ook van journalisten."


Hans Aussen in Aalsmeer Hans Aussen tijdens een voordracht voor schoolkinderen in Aalsmeer in 2006
(foto: Arjen Vos)


     Zo had AMLA in de loop van de tijd nog wel meer curieuze voertuigen en handige dingen in het assortiment, maar vooral ook "gewone" onderdelen die goed verkochten. In de jaren 90 begonnen de zaken terug te lopen, volgens Aussen ook omdat er in Nederland steeds minder fietsfabrieken overbleven. Het laatste artikel dat nog goed liep waren stootrubbers voor de Nederlandse Spoorwegen. Het bedrijf, waarmee Aussen overigens al in 1967 naar Amstelveen was verhuisd, werd officieel per 31 december 2003 opgeheven.

     Toen was Hans Aussen al begonnen met wat hij voor de rest van zijn leven zou blijven doen: de jonge generatie over zijn ervaringen tijdens de onderduikperiode vertellen, toen hij zelf nog een jongen was. Als gastspreker van het Herinneringscentrum Kamp Westerbork vertelde hij - met name rond Bevrijdingsdag - op scholen over waar discriminatie toe kan leiden. In 2015 kreeg hij voor dit werk een koninklijke onderscheiding. Hans Aussen overleed op 23 november 2019.

 

Bronnen:

- Documentatie verzameld en beschikbaar gesteld door Hans Aussen
- Interview van de auteur met Hans Aussen op 23 juli 2004 en e-mailwisseling in de jaren daarna

 

 

 

Copyright by Herbert Kuner, © 2020 ...
All rights reserved.

terug

Last update: 12-04-2020