|
|
|
Inleiding |
Van 1 t/m 4 juni 2000 werd in Exloo voor
de 29e keer de internationale bijeenkomst van liefhebbers van oude Opel-voertuigen
gehouden. Dit jaarlijkse evenement vond na 1984 en 1990 al voor derde keer in Nederland
plaats. Pas sinds 1997 nemen behalve autobezitters ook fietsers aan het programma deel.
Van een van de deelnemer, Willi Strassel, ontving ik een kort verslag van wat er dit jaar
te doen was, en daarbij nog een dikke stapel met Opel-documentatie. Dit vormde de
aanleiding, eens de geschiedenis van Opel op een rijtje te zetten - niet in de laatste
plaats, omdat Opel ook in Nederland een zeer gewaardeerd fietsmerk is. |
Verslag 29e internationale Opel-bijeenkomst in Exloo |
Van donderdag, 1 juni, tot en met zondag,
4 juni 2000, kwamen in Exloo liefhebbers van oude auto's en fietsen van het merk Opel
bijeen. Er waren 20 Opel-fietsen uit de periode 1917 tot 1937 aanwezig, tegenover liefst
500 auto's. Nadat de eerste dag in het teken van de aankomst en de gezelligheid stond,
reden de deelnemers op vrijdag door de provincie Drenthe. De zestien Nederlanders en vier
Duitsers legden de 40 km lange fietsroute in vlot tempo af. Zeker voor de jongste
deelnemer (8 jaar oud) was de rit wel een kleine prestatie. Voor de zaterdag stonden onder
andere een ruilbeurs en de mogelijkheid voor een bezoek bij het Opel automobielmuseum in
Tijnje op het programma. Op zondag gingen de deelnemers rond het middaguur weer op weg
naar huis. Volgend jaar zal de Opel-bijeenkomst in het Noord-Duitse Peine worden gehouden.
Meer informatie kunt u vinden op de homepage van Willi Strassel. |
Chronologie van Opel tot kort na de tweede wereldoorlog
|
|
catalogus uit 1894 |
1862: De 25-jarige
Adam Opel richt in Rüsselsheim, niet ver van Frankfurt, een fabriek voor naaimachines op.
1886: Opel richt een nieuwe fabriekshal in voor de montage en (vanaf
1887) fabricage van fietsen. De vijf zonen van Adam Opel hebben daarbij een belangrijke
inbreng. Als merknamen worden in het begin Schwalbe, Blitz IV en Opel-Victoria-Blitz
gebruikt.
1895: Adam Opel overlijdt. Zijn zonen leiden voortaan de onderneming,
waar 600 werknemers in dienst zijn.
1899: Opel neemt een zes jaar eerder opgerichte automobielfabriek uit het
Oost-Duitse Dessau over. Dit is het begin van het automerk Opel. Daarmee staat het bedrijf
op drie poten. De zaken gaan in de komende jaren voorspoedig.
1911: Een door een onbekende aangestoken brand treft Opel zwaar. Met name
de oudere gebouwen worden verwoest, waarin zich de naaimachinefabricage van Opel bevindt.
Deze wordt daarna niet meer hervat.
1914: Opel bereikt de status van grootste fabrikant van gemotoriseerde
voertuigen in Duitsland.
1924: Elf jaar na Henry Ford begint Opel als eerste in Duitsland met de
grootschalige fabricage van auto's aan de lopende band. Daarmee wordt de aanschaf van een
auto voor een veel breder deel van de bevolking betaalbaar.
1925: De fietsproductie van Opel stijgt explosief. Tussen 1925 en 1936
worden er gemiddeld meer dan 150.000 fietsen per jaar geproduceerd, daarvoor waren dat
zo'n veertig à vijftig duizend. De piek in 1927 ligt zelfs boven de 300.000, wat met de
huidige productie van Gazelle overeenkomt.
1928: Opel verricht pionierswerk op het gebied van raketaandrijving. Met
een raketgedreven auto wordt een snelheid van 238 km per uur gehaald, later op rails
zelfs 254 km per uur. Uiteindelijk wordt ook nog een raketgedreven vliegtuig getest.
Het bedrijf, dat nu ruim eenderde van de Duitse automobielmarkt in handen heeft, wordt
omgezet in een NV.
1929: Nadat de slechte conjunctuur voor problemen zorgt en in 1927 en
1928 ook nog twee van de vier overgebleven zonen van Adam Opel overlijden, besluit men om
80 % van de aandelen aan het Amerikaanse General Motors te verkopen. De overige
20 % worden in 1931 aan GM verkocht. Opel kan echter relatief zelfstandig blijven
werken.
1936: Opel verkoopt ruim 120.000 auto's en is daarmee voorlopig de
grootste autofabrikant van Europa.
1937: Opel stopt na in totaal 2,6 miljoen stuks met de productie van
fietsen. De machines worden aan NSU verkocht, waar nog één jaar lang
"NSU-Opel"-fietsen worden gemaakt, daarna verdwijnt de naam Opel helemaal.
Achtergrond van deze stap is de wens van de nationaal-socialistische machthebbers, dat
Opel zich voortaan op het produceren van personen- en vrachtwagens gaat concentreren.
|
De laatste Opel-fiets verlaat de fabriek
|
In 1940
loopt de miljoenste auto van Opel van de band, net voordat de markt vanwege de oorlog
volledig in elkaar stort. Het nazi-regime dwingt Opel, nog alleen maar voor de
oorlogsindustrie te werken. General Motors geeft zijn Duitse dependance op. Opel
produceert nu naast vrachtwagens ook materieel voor de luchtmacht. In 1944 worden de
Opel-fabrieken in Rüsselsheim en Brandenburg zwaar getroffen door bombardementen. Van
datgene wat er in 1945 nog over is, wordt een aanzienlijk deel gedemonteerd en naar
Rusland vervoerd.
In 1948 neemt General Motors weer de touwtjes in handen.
Door de Amerikaanse hulp is het bedrijf in 1950 weer volledig operationeel, en in 1953
wordt voor het eerst weer een productie van 100.000 voertuigen bereikt. De productie van
fietsen wordt niet meer hervat. |
Copyright by
Herbert Kuner, (c) 2000
All rights reserved.
Last update: 10-06-2000
|