|
|
|
Het zadel
Naarmate de fiets vordert begint ook de vraag te leven met wat
voor onderdelen de fiets van origine is afgemonteerd. Elektrische verlichting? Wat voor bel, slot en zadel?
De nog bewaard gebleven catalogi uit die tijd geven wel wat inzicht in de gevoerde
modellen zadels. In de Simplex-catalogus van 1913 wordt Middlemore & Lamplugh genoemd, een Sans-bec zadel als
"extra". Brooks en Terry staan in de catalogus van 1924. Ook het Sans-bec zadel is dan nog een optie.
Voldoende keuze zou je zeggen maar zie ze maar eens te vinden! Zadels sneuvelen immers als eerste op een fiets,
zeker als de lederen dekken een tijdje in de regen hebben gestaan.
Uiteindelijk heb ik een waardig voorlopig alternatief gevonden voor op de Simplex.
Bij een bezoek aan de Vehikelbeurs viel mijn oog op een verzameling roestige, verregende zadels waarbij een
specifiek zadel mijn aandacht trok. De dubbele neusveer had ik al eens gezien op afbeeldingen van Gazelle uit
1912 en 1930 (in de Gazelle-special van De Oude Fiets). Vermoedelijk is dit zadel niet door Simplex gevoerd maar
wat leeftijd en verkrijgbaarheid in Nederland aangaat is het wel in orde. Bovendien is er wat te beleven aan het
zadel door zijn afwijkende samenstelling van veren.
Ook dit zadel was - zoals de gehele fiets - te redden door zo'n beetje alles te
herzien. De neus van het zadel was sterk getordeerd en beplakt met skai, waarschijnlijk om het recht te dwingen,
gelukkig niet om scheuren te overbruggen (daar leek het aanvankelijk op).
|
dubbele neusveer
kromme neus
|
|
Leer laat zich, hoe vervormd ook,
zeer gewillig terugbrengen in de bedoelde vorm door het in warm water onder te dompelen.
Tijdens het drogen heb ik het zadeldek meerdere keren handmatig in de
juiste vorm gedwongen. Als het leer gedroogd is heb je een weliswaar
hard en scheurgevoelig dek, maar wel in de juiste vorm.
Om weer wat soepelheid in het leer terug te krijgen heb ik vervolgens warmgemaakt ledervet in het
leer gewreven. Zoals ook het warme water in de cellen binnen dringt, zo vind het vet zijn weg in het leer, met dat verschil
dat water weer verdampt maar het vet niet. Echt als nieuw wordt het leer niet meer maar nu is het aanvaardbaar soepel.
|
zadelleer terug in oude vorm
|
Ook de veren van het zadel moesten herzien
worden, de gedraaide veren waren al eens vervangen en ongelijk van vorm. De bovenste lengteveer was gebroken. In eerste
instantie heb ik die gelast, maar veerstaal is een materiaal dat zich eigenlijk niet voor laswerk leent. De las wordt zeer
bros. Om die reden heb ik een nieuwe lengteveer gemaakt van roestvrijstaal. Binnen mijn mogelijkheden het taaiste materiaal
dat ik kon bedenken en omdat de veer grotendeels aan het zicht onttrokken is ook qua uiterlijk niet storend.
Een mal met opstaande pennen diende als buigblok. Het is erg goed opletten waar je blijft met
de lengte en positie van de ogen in de veer. Bij het buigen neem ik 1/3 vanaf de binnendiameter van de te maken ronding als
leidraad voor de lengtebepaling. Bij het buigen van vlak staal of staaldraad treedt rek op buiten die 1/3e van de diameter,
en binnen de 1/3-lijn krimpt het materiaal. Uiteraard corrigeer ik mijn buigpositie gaandeweg het proces. Ik zie het als het
ware scheef gaan en werk vervolgens de goede kant op.
|
verenbuigblok
oude lengteveer (boven) en nieuwe lengteveer in de maak
|
Ook de zadelstrop heb ik moeten aanpassen omdat
de originele er niet meer was. De onderste dubbele lengteveren staan wat verder uit elkaar dan normaal, dus heb ik wat bestaande
kartelschijven moeten combineren en verlassen om tot een passend geheel te komen. Wel handig om wat oude kapotte zadels te hebben
liggen!
Een scheurtje bij een klinknagel achter op het zadel heb ik onderlegt en verlijmd (contactlijm) met een
stukje chroomgelooid leer (lekker stug). Het zadel is weer in orde en staat erg goed op de fiets. Het is veel werk geweest om
er iets van te maken. Nu maar hopen dat ik er niet te snel doorheen zak.
|
gemonteerd zadel
|
Copyright by
Maarten Waarlé, © 2006 ...
All rights reserved.
Last update: 30-01-2010
|